Op dinsdag 11 april heeft Statenlid de volgende vragen ingediend betreft de koppeling van de spoorlijn Eindhoven via Venlo naar Düsseldorf met het dossier IJzeren Rijn door de Bondsminister voor Verkeer.
Via een artikel in de NRC van 5 april 2017 vernam de VVD-fractie van een brief van de Duitse Minister van Verkeer, Alexander Dobrindt, aan onze Minister Schultz van Haegen (Infrastructuur en Milieu) waarin wordt gesteld dat Duitsland alsnog bereid is om mee te werken aan een directe intercityverbinding van Eindhoven naar Düsseldorf. België en Nederland moeten het dan wel mogelijk maken dat het Duitse Ruhrgebied per goederenspoor wordt ontsloten voor de zeehavens van Amsterdam, Rotterdam, Antwerpen en Zeebrugge.
1. Is het College van Gedeputeerde Staten (GS) bekend met het artikel ‘Duitsland wil toch snelle trein naar Eindhoven’, dat op 5 april 2017 in de NRC1 is verschenen?
2. Is het College van GS inmiddels door het Ministerie op de hoogte gesteld van de brief van de Duitse minister van verkeer waarnaar in het artikel wordt verwezen? Zo ja, wanneer? Zo nee, gaat het College van GS verhaal halen bij het Ministerie van I&M? a. Indien ja, wat is het standpunt van het College van GS in deze? b. Indien nee, wanneer gaat het College van GS het gesprek aan met I&M?
3. Is het College van GS het met de VVD eens dat de noodzaak van een snelle spoorverbinding Eindhoven-Venlo-Düsseldorf en het dossier IJzeren Rijn los van elkaar moeten worden gezien?
4. Wat betekent dit voor de andere grensoverschrijdende spoorverbindingen tussen Limburg en Duitsland, zoals de verbinding Heerlen-Aken?
5. Volgens het artikel kunnen wij in de loop van dit jaar nog diverse ontwikkelingen m.b.t. de IJzeren Rijn verwachten. Is het College van GS bereid dit dossier nauwlettend te volgen en Provinciale Staten van nieuwe ontwikkelingen op de hoogte te houden.
Voor de originele vragen kunt u hier klikken.
Klik hier voor het L1 artikel.