Provinciale Staten hebben 29 september een moeilijk tot stand gekomen besluit genomen. Het dossier randweg-N266 wordt voorgezet maar het was een ‘stuitbevalling’. U bent misschien nu even de draad kwijt. Als we spreken over de kanaalzone, de N266 of de randweg-west dan hebben we het over hetzelfde project! De verwarring is het gevolg van de ontwikkeling van een overzichtelijke opdracht van de regio aan de provincie Limburg, naar een wel zeer complex dossier.
Hoe begon het ook al weer: De samenwerking in midden-Limburg moest beter. Daartoe werd o.a. de gebieds-ontwikkeling-midden-limburg, kortweg GOML, in het leven geroepen. Een van de projecten die daar uitkwamen was een toekomstvaste oplossing voor de groeiende verkeersdrukte in – en rondom de kern van Nederweert, geformuleerd als “leg een randweg aan die de N266 kan vervangen en de kom van Nederweert lucht geeft”. We schrijven dan 2011. Provinciale Staten van Limburg namen deze eensgezindheid van de regio midden-Limburg over en besloten een begin te maken aan dit project.
We schrijven inmiddels 2017. Er is veel studie verricht. Er zijn vóór en tégenstanders ontstaan rondom dit project, zowel binnen de betrokken gemeente als binnen Provinciale Staten. Nu kost het weinig moeite om vast te stellen dat ieder infrastructuur project in Nederland als vanzelf omstreden raakt; die constatering is waarschijnlijk wel juist maar levert geen bijdrage aan een oplossing. De VVD-fractie in Provinciale Staten is er van overtuigd dat je moet weten wat de nut en noodzaak is en dat er met een brede oriëntatie en open vizier naar de opgave gekeken moet worden.
Door een debat met vooral een groeiende negatieve toonzetting werd de uitkomst van verdere uitwerking voorspelbaar: niets doen dan alléén nog sleutelen aan het bestaande tracé door de kom van Nederweert. Het categorisch willen uitsluiten van het onderzoeken en meewegen van grote mobiliteitsontwikkelingen in de onmiddellijke omgeving, zoals de A2 en de A67 dreigde het project een surrealistische wending te geven. Daarop moest tegengestuurd worden. De VVD-fractie is daar dit jaar andermaal duidelijk in geweest: daar passen wij voor; “geen miljoenen uitgeven aan een fop-oplossing!”. Politieke verantwoordelijkheid nemen voor het uitgeven van overheidsgeld aan een schijnmaatregel zonder duurzaam probleemoplossende betekenis gaat de VVD niet doen.
Het nu genomen besluit voorziet uiteindelijk in twee verstandige uitgangspunten:
1) neem de invloed van de A2 en de verbrede A67 (Leenderheide-Asten) en de N279 (Den Bosch-Veghel-Helmond) mee in de toekomst berekeningen;
2) werk evenwichtige en betere alternatieven uit, óók voor de randweg en het nu al bestaande verkeersknooppunt N266/N275/A2.
Als het verhitte debat dit najaar enigszins zou kunnen afkoelen ontstaat er weer ruimte voor het betere gesprek tussen partijen. Dat leidt dan in onze optiek naar een betere uitkomst met meer draagvlak.